Vayu

Uit dharma-lotus.nl
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Vayu-beeldhouwwerk, Gokarneshwor Mahadev-tempel, Gokarna, Kathmandu
Vayu, Hoofdgod van de Wind

De Indiase auteur Vanamali schreef:

Vaishnavites of volgelingen van Vishnu, geloven dat de windgod Vayu drie incarnaties onderging om Heer Vishnu te helpen. Als Hanuman hielp hij Rama, als Bhima assisteerde hij Krishna, en als Madhvacharya (1238-1317) stichtte hij de Vaishnava-sekte genaamd Dvaita.

Betekenis

Vayu heeft veel betekenissen die allemaal verwijzen naar 'Adem' en 'Ademhaling'. Het wordt tevens synoniem gebruikt met Prana. Daarnaast is hij binnen het Hindoeïsme pantheon de 'God van de Wind'. In de oude geschriften wordt Vayu beschreven als iemand met uitzonderlijke schoonheid die zich luidruchtig voortbeweegt in zijn glanzende koets, aangedreven door twee of negenenveertig of duizend witte en paarse paarden. Een witte banier is zijn belangrijkste attribuut. Net als de andere atmosferische goden is hij een 'jager en vernietiger', 'krachtig en heldhaftig'.

In de Upanishads zijn er tal van verklaringen en illustraties van de grootsheid van Vayu. De Brihadaranyaka Upanishad zegt dat de goden die lichaamsfuncties beheersen ooit een wedstrijd aangingen om te bepalen wie van hen de grootste was. Wanneer een godheid zoals die van het gezichtsvermogen het lichaam van een man zou verlaten, zou die man blijven leven, zij het als een blinde man en nadat de dwalende godheid op zijn post was teruggekeerd, het verloren vermogen had herwonnen. Een voor een verlieten de goden om de beurt het lichaam, maar de man bleef voortleven, hoewel achtereenvolgens op verschillende manieren aangetast. Ten slotte, toen Mukhya Prāna het lichaam begon te verlaten, begonnen alle andere goden onverbiddelijk met geweld van hun post te worden getrokken, 'net zoals een krachtig paard pinnen uit de grond trekt waaraan hij is vastgebonden'. Dit zorgde ervoor dat de andere goden zich realiseerden dat ze alleen kunnen functioneren als ze door Vayu worden gemachtigd en gemakkelijk door hem kunnen worden overmeesterd. In een andere aflevering, Van Vayu wordt gezegd dat het de enige godheid is die niet werd getroffen door demonen van zonde die in de aanval waren. De Chandogya Upanishad zegt dat men Brahman alleen kan kennen door Vayu te kennen als de udgitha (de mantrische lettergreep Ohm.

Avatars

  • de eerste avatar van Vayu wordt beschouwd als Hanuman. Zijn heldendaden worden toegelicht in Ramayana.
  • de tweede avatar van Vayu is Bhima, een van de Pandava's die voorkomt in het epos de Mahabharata.
  • Madhvacharya wordt beschouwd als de derde avatar van Vayu.

Boeddhisme

In het Oost-Aziatische boeddhisme is Vayu een Dharmapāla en wordt vaak geclassificeerd als een van de Twaalf Deva's.

Yoga

De richting van de 5 levensstromen in het lichaam

Binnen de yoga filosofie is Vayu God van de wind(en), en winden moeten we dan zien als de innerlijke vitale levensstromen. De vitale levensstromen maken deel uit van de hindoeïstische filosofie en yoga. Van deze stromen wordt geloofd dat ze worden opgewekt door het lichaam en alle biologische processen beheersen.

In samengestelde zin wordt voor al deze stromen de generieke term Prana gebruikt, die gerelateerd is aan Vayu, de God van de Wind. In functionele zin wordt prana ook afzonderlijk gebruikt naast de andere vier stromen:

  • Prana Vayu inademing en is tegenovergesteld aan de Apana Vayu. Stroomt naar boven en is naar binnen gericht
  • Apana Vayu; uitademing en is tegenovergesteld aan de Prana Vayu. Stroomt naar beneden en is naar buiten gericht. Je zou deze stroom dus kunnen zien als de stroom die het loslaten stimuleert
  • Udana Vayu; een omhoog gerichte stroming die de Keel-Chakra voedt
  • Samana Vayu; in- én uitademing. Stroomt van buiten naar binnen en wordt gezien als de balancerende of gelijkmakende ademhaling.
  • Vyana Vayu; verzorgt de beheersing van energie door het gehele lichaam heen. Het beweegt naar buiten én naar binnen. Het is eigenlijk de stroming die alle andere Vayu’s coördineert.

Als al deze 5 stromingen individueel én als groep in balans zijn is er pas werkelijke balans. Middels meditatie, yoga en de Prana apana samyukta beoefening kan iemand controle hebben over deze levensstromen.