Yoga - de vissende lepelaar
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
de vissende lepelaar (Machali Pakṣi)
- neem de beginhouding aan. Trek de voeten zo strak mogelijk tegen het perineum aan
- Deze serie lijkt op Yoga - de dans van de ooievaar
- ga staan op een stevige ondergrond. Voeten recht naar voren, benen tegen elkaar, rechte rug.
- haak de vingers (1 of meerdere, bij voorkeur de middelvinger) van beide handen achter de rug in elkaar. In eerste instantie zal dit met gebogen armen gebeuren waarbij de elleboogholten naar binnen wijzen.
- strek nu beide armen zo recht mogelijk. Dit zal beter gaan als je een zo recht mogelijke, mogelijk een holle rug aanneemt. Draai nu de gehaakte vingers naar boven toe rond zodat de elleboogholten naar de rug of zelf naar buiten toe wijzen.
- ga nu met deze gestrekte armen omhoog en vibreer.
- buig nu (met rechte of gekromde rug) naar voren toe. Dit zal ontlastend aanvoelen in de armen. De armen steken nu omhoog. Maak nu een licht zwaaiende beweging met je armen naar links en vibreer. Herhaal dit meerdere malen.
- maak nu een licht zwaaiende beweging met je armen naar rechts en vibreer. Herhaal dit meerdere malen. Blijf dit om en om afwisselen.
- buig nu helemaal naar voren toe, zodat je gezicht bij de knieën komen. Zwaai en vibreer nu weer met de armen afwisselend naar links en naar rechts. Herhaal dit meerdere malen.
- trek nu de armen zo hoog mogelijk op naar boven toe.
- ga weer rechtop staan.